De vriendin van mijn broer is Italiaans. Samen met haar en haar moeder heb ik dit Siciliaanse gerecht gemaakt op Sicilië. Waar kun je het beter leren? Het is een heerlijk groente gerecht, met aubergine, paprika en pijnboompitten. Je kunt het met een broodje als lunch eten of als bijgerecht bij het avondeten.

Ik moet eerlijk zeggen, ik heb het iets anders gemaakt dan op Sicilië. Maar het scheelt niet veel. Daar hebben we het op traditionele wijze gegeten. De groenten worden eerst gefrituurd. Ze gaven aan dat je het ook prima in de oven kunt bakken, wat ik zelf dan ook doe. Dat maakt het wat minder vet. Door de caponata ging ook aardappel, wat optioneel is. Als je een wat steviger gerecht wilt kun je het toevoegen, want het is wel lekker. En tenslotte ging er nog wat suiker door om het wat zoeter te maken. Ik laat het zelf weg.

De aubergine snijd je in blokjes en doe je in een vergiet. Vervolgens strooi je er wat zout over. Dit voorkomt dat de aubergine bruin wordt en maak de aubergine iets minder bitter van smaak. Dit laat je even staan. Dan leg je het op een bakplaat, samen met de paprika en bak je het een half uur voor in de oven.

In een stevige braadpan fruit je uien en bleekselderij. Dan gaat er tomaat bij. Ik heb meegekregen dat je zelf kunt kiezen of je voor een blik of verse tomaten kiest. Ik doe een combi van tomatenpuree en verse tomaten. De tomatenpuree geeft extra smaak en de tomaten extra vitamine. Ik rasp de tomaten, zodat het niet zo lang stuk hoeft te koken. Je kunt ze natuurlijk ook in een hakmolen doen.

Nadat je de tomaten toegevoegt hebt, voeg je de aubergine en paprika ook toe. Deze zijn al gaar, dus het hoeft maar even door te koken. Je voegt dan ook olijven, kappertjes en geroosterde pijnboompitten toe. Je kunt er ook nog rozijnen doorheen doen. Ze waren op Sicilië daar geen fan van en ik vond het ook niet nodig. Mocht je het toch iets zoeter willen dan kun je ze natuurlijk toevoegen. Tenslotte roer je er nog wat azijn door. Dit maakt het geheel wat frisser.

De caponata is het lekkerst als je hem een dag van te voren maakt. Je eet hem dan ook koud. Als je hem in de koelkast zet, zou ik hem wel even van te voren eruit halen. Koelkastkoud hoeft nou ook weer niet. Het gerecht vind ik echt heerlijk. Makkelijk en gezond, dan maak ik het regelmatig. Helemaal als lunch vind het lekker met een broodje erbij. Maar ’s avonds als bijgerecht doet hij het ook zeker goed.
Ingrediënten (2 personen)
- 1 aubergine
- 2 paprika’s
- 2 uien
- 2 stengels bleekselderij
- 3 tomaten
- 1,5 eetlepel tomatenpuree
- 2 eetlepels pijnboompitten
- 10 olijven
- 1 eetlepel kappertjes
- 1,5 eetlepel azijn
Bereidingswijze
| 1. Verwarm de oven voor op 180°C. Bekleed een bakplaat met bakpapier. |
| 2. Snijd de aubergine in blokjes en doe het in een vergiet. Strooi er wat zout over en hussel het door elkaar. Laat minstens 10 minuten staan. |
| 3. Snijd ondertussen de paprika en ui in halve ringen. Snijd ook de bleekselderij in plakjes. |
| 4. Verdeel aubergine en paprika over de bakplaat en bak de groente een half uur in de oven. Hussel halverwege. |
| 5. Verhit ondertussen wat olie in een braadpan. Fruit de ui en bleekselderij rustig op laag vuur, minstens 10 minuten. |
| 6. Rasp ondertussen de tomaten. Als de ui helemaal zacht is, voeg je de tomaten en tomatenpuree toe. Kook rustig door. |
| 7. Rooster de pijnboompitten in een droge koekenpan en zet apart. Snijd ook de olijven in ringen. |
| 8. Als de groenten gaar zijn, voeg je ze toe aan de braadpan. Voeg ook de pijnboompitten, olijven en kappertjes toe. Roer de azijn erdoor en kook nog een minuutje. Voeg naar smaak nog wat zout toe. |
