Hét koffiebroodje: Vegan Deense krakelingen

Deense krakeling? Wat? Ik heb heel lang niet geweten dat er verschillende soorten koffiebroodjes zijn. Voor mij was dit de enige soort die er was. Luchtig, croissant-achtig deeg, met banketbakkersroom en vers fruit. En je kunt hem nu zelf maken.. vegan.

Dit vind ik echt het allerlekkerste koffiebroodje. Het deeg lijkt op het deeg van croissants of bladerdeeg. Dunne laagjes zacht deeg en aan de buitenkant licht krokant. Daarbij de romige banketbakkersroom en het frisse fruit. Het past gewoon perfect bij elkaar.

Het is me wel wat, dat deeg. Het is niet veel werk, maar het moet veel rusten. Daardoor kosten de broodjes veel tijd en zul je het maken echt in moeten plannen. Ik start minstens een dag van te voren. Dan maak ik het deeg, waarna ik het een nacht in de koelkast laat rusten. Daarna moet je uitrollen, vouwen, draaien en nog meer rollen. Waarna het deeg weer moet rusten. En ja, dit moet je ook nog een keer herhalen.

Bladerdeeg maak je eigenlijk door een plak boter in het midden van het deeg te leggen en dan steeds te vouwen en uit te rollen. Ik maak het deeg zelf iets makkelijker. Je maakt het in een hakmolen of keukmachine. Daarin maal je de boter fijn. Door je handen niet te gebruiken, smelt de boter niet. Hierdoor hou je kleine stukjes boter in het deeg, waardoor je straks de laagjes gaat krijgen. Als je geen keukenmachine hebt, zou ik messen gebruiken om de boter door de bloem te snijden.

Het deeg moet je een paar keer laten rusten in de koelkast. Hierdoor stijft de boter op en blijven het laagjes tussen het deeg, in plaats van dat je het er doorheen rolt. De boter is dus erg belangrijk voor het deeg. Toch gebruik ik geen luxe, speciale boter. Margarine werkt perfect. Als je een vegan, harde boter kunt vinden die wat lekkerder smaakt is dat natuurlijk beter. Die ligt alleen bij mij niet in de supermarkt.

Het deeg vouw je steeds op als een enveloppe. Daarna draai je het en rol je het weer uit. Hierdoor creëer je allemaal laagjes boter tussen het deeg. Dit maakt het deeg zó lekker. En als de broodjes dan klaar zijn en genoeg gerust hebben in de koelkast, moeten de broodjes ook nog een half uurtje rijzen. Sorry. Het is het waard, ik beloof het.

Als het deeg klaar is, kunnen we de broodjes gaan vormen. Het deeg snijd je in repen, waarna je de uiteinden tegen elkaar in draait. Vervolgens vouw je er een krakeling van. De gaten vul je met banketbakkersroom. Zorg dat je de krakeling iets ruimer maakt, ze rijzen nog flink in de oven.

De banketbakkersroom maak ik met ongezoete sojamelk. De room wordt gebonden door de maizena. De kleur krijgt hij van kurkuma. Doe er heel weinig doorheen, het wordt snel te geel. Dan de vanille, ik gebruik aroma. Lekkerder zou natuurlijk een vanillestokje zijn, maar die vind ik nu echt te duur.

Na het bakken, verdeel je de rest van de banketbakkersroom over de broodjes. Het fruit snijd je en verdeel je hierover. Aarbei, kiwi, mandarijn en druiven vind ik het klassieke fruit. Kies vooral fruit wat je lekker vindt. Je ziet ze ook wel eens met alleen aardbeien, ook erg lekker.

Over het broodje zat altijd een soort jelly, glanslaagje. Als we klassiek doen (met onze vegan broodjes), dan hoort dit er ook bij. Het maakt de broodjes wel echt af, ze zien er echt nóg lekkerder uit hierdoor. Ik maak het laagje van abrikozenjam. Dit kook je even door met wat water en dan kun je broodjes ermee bestrijken.

Geniet ervan.

Ingrediënten (8 koffiebroodjes)

Deeg:

  • 250 gram bloem
  • 1 zakje gist
  • halve theelepel zout
  • 2 eetlepels suiker
  • 150 gram boter
  • 2 eetlepels water
  • 100 milliliter sojamelk

Banketbakkersroom:

  • 2 eetlepels suiker
  • 500 milliliter melk
  • 4 eetlepels maizena
  • snufje kurkuma
  • 1,5 theelepel vanille aroma

Versiering:

  • 2 theelepels sojamelk
  • 1 theelepel ahornsiroop
  • 1 kiwi
  • 5 aardbeien
  • 1 mandarijn
  • 8 druiven
  • 2 eetlepels abrikozenjam

Bereidingswijze

1. Het deeg: Doe de bloem, gist, zout en suiker in een kom en meng door elkaar. Doe in de kom van een keukenmachine/hakmolen en voeg de de boter toe. Maal tot je kleine stukje boter hebt, niet groter dan een erwt. Als je een kleine hakmolen hebt zoals ik, kun je ook eerst de ene helft van de bloem en boter malen en dan de andere helft.
2. Doe het mengsel in een kom. Giet het water en de melk erbij en roer door met een spatel, tot het net gemengd is. Kneed het deeg nog een paar keer kort, zodat je er een rechthoek van kunt vormen Kneed het echt niet te lang, de stukjes boter zorgen straks voor de laagjes in het deeg.
3. Leg het deeg in de koelkast. Laat minstens 2 uur rusten of een hele nacht.
4. Neem het deeg uit de koelkast. Rol het uit tot tot een lap van 25x40cm. Met de kortere kant naar je toe, vouw je het deeg in drieën. Eerst het bovenste deel naar beneden en dan het onderste stuk er overheen. Het deeg zal er niet mooi egaal uitzien, dit hoort. Draai het deeg een kwartslag en rol het deeg weer uit. Vouw het nogmaals op dezelfde manier op. Draai het deeg dan nog 1x een kwartslag, rol het uit en vouw het weer op.
5. Pak de rechthoekige deegplak in met plasticfolie en laat het een uur in de koelkast rusten.
6. Herhaal na een uur het vouwen en rollen. Dus rol en vouw het deeg nog eens 3 keer. Pak het dan weer in en laat het nog een keer een uur in de koelkast rusten.
7. De banketbakkersroom: Doe de suiker en de helft van de melk in een steelpannetje. Breng aan de kook.
8. Meng ondertussen de andere helft van de melk met de maizena, kurkuma en vanille aroma.
9. Voeg het maizena mengsel toe aan de warme melk en roer goed door met een garde. Breng aan de kook en laat nog een paar minuten zachtjes doorkoken.
10. Giet de banketbakkersroom in een schaal. Dek af met plasticfolie, zodat er geen vel op komt. Laat de room afkoelen en doe het daarna in een spuitzak.
11. De broodjes afmaken: Verwarm de oven voor op 190°C. Bekleed een bakplaat met bakpapier.
12. Rol het deeg uit tot 16×30 cm en ongeveer 1cm dikte. Snijd er 8 repen van.
13. Neem een reep deeg en draai de twee uiteinden tegen elkaar in als een toffee. Vouw er dan een krakeling van en leg op de bakplaat. Herhaal met de rest van de repen deeg.
14. Neem de banketbakkersroom en vul de gaten van de krakeling met wat room. Bewaar de rest van de room voor straks.
15. Dek de broodjes af met een vochtige theedoek en laat nog een half uur rijzen.
16. Meng de sojamelk met de ahornsiroop en bestrijk de broodjes hiermee.
17. Bak de broodjes 20-25 minuten, tot ze goudbruin zijn.
18. Laat de broodjes op een rekje afkoelen.
19. Versieren: Schil de kiwi en snijd hem in plakjes. Snijd de aardbeien in plakjes, pel de mandarijn en snijd de druiven door de helft.
20. Doe de abrikozenjam in een steelpannetje met 2 eetlepels water. Meng door elkaar en breng even aan de kook.
21. Verdeel de overgebleven banketbakkersroom over de broodjes, gevolgd door het fruit.
22. Bestrijk de broodjes met de abrikozenjam.

Plaats een reactie